HET GESLACHT PELLEKAAN, VAN HOLST PELLEKAAN, PELLICAAN, PELLIKAAN

DE VOGEL
De pelikaan is de basis van ons familiewapen.
​
Pelikanen (Pelecanidae) zijn een familie van watervogels die bekend zijn door hun opvallende uiterlijk, hun grootte en hun gedrag. De familie telt één geslacht met acht soorten.
​
Pelikanen kunnen tot 14 kilo zwaar worden. Ze worden tot 1,80 meter lang en kunnen een spanwijdte van 3 meter hebben en een leeftijd van 35 jaar bereiken. De beide Euraziatische soorten (de roze pelikaan en de kroeskoppelikaan) behoren tot de grootste vliegende vogels.
​
Pelikanen zijn piscivoor; hun voedsel bestaat voornamelijk uit vis, al zijn er in tijden van voedselgebrek ook gevallen bekend waarbij pelikanen de kuikens van de jan-van-gent opeten. Een groep pelikanen jaagt gezamenlijk. Door uitbundig vleugelgeklapper wordt een school vissen naar ondiep water gedreven. Pelikanen hebben een grote snavel en een grote keelzak (tussen de onderkant van de snavel en de keel). Als een pelikaan een prooi ziet schept hij de vissen uit het water. Als hij zijn hoofd optilt gaat het water weg en blijf de vis achter.
Ook naast de gezamenlijke jacht zijn pelikanen sociale vogels. Ze broeden in kolonies, waar ze dicht op elkaar zitten. In gevangenschap komen ze pas tot broeden als ze minstens met z'n achten zijn.
Pelikanen golden in het vroege christendom als symbool van opofferende moederliefde. "Moederpelikanen" werden afgebeeld met een door henzelf opengepikte borst, waardoor de jongen met bloed gevoed konden worden.
Bron: Wikipedia
HET KOFFIEHUIS
Het verhaal van De Pelikaan begint op 4 juli 1816. Op deze dag verkrijgt Gerrit Jan Garsen, winkelier, geboren te Warnsveld op 6 september 1785, bij legaat het winkelpand F 2329. Dit is dus de eerste telg uit de familie Garsen die zich hier als winkelier vestigt.
Voorheen was het pand eigendom van zijn schoonouders. Zijn zoon Albartus Garsen wordt in 1854 eigenaar van het pand F 2329 en staat eveneens te boek als winkelier. Deze Albartus Garsen overleed in 1881 en bij scheiding van de nalatenschap wordt het pand F 2329 toebedeeld aan de Wed. Albartus Garsen, die het in 1889 verkoopt aan haar zoon Garrit Jan Garsen, eveneens winkelier. Garrit Jan Garsen was in 1887 reeds eigenaar geworden van het naastgelegen pand F 2328 en hij is dus nu de eigenaar van de twee panden, die in 1904 geheel worden samengevoegd en verbouwd tot een pand, zoals het nu nog steeds onveranderd aanwezig is op de Pelikaanstraat nr. 9.
​
Lees het volledige verhaal in het boek

Vandaag de dag is "De Pelikaan" nog steeds een koffiehuis in Zutphen.
HET VLIEGTUIG

De bemanning van de Pelikaan gereed voor vertrek.
In 1932 bestelde de KLM bestelde in totaal vijf Fokker XVIII's en betaalde hier het bedrag van 70.000 gulden per stuk voor. De toestellen konden op twee manieren worden ingericht. Voor de Europese routes werden 13 passagiersstoelen gebruikt. Op de intercontinentale routes waren dit er zes. Twee van deze vliegtuigen schreven geschiedenis: de Pelikaan en de Snip.
​
De PH-AIR Pelikaan vertrok op 18 december 1933 voor een versnelde kerstvlucht naar Batavia in het toenmalig Nederlands-Indië. Deze vlucht zou worden uitgevoerd door de snellere Fokker F.XX Zilvermeeuw, maar bij het warmdraaien trad een ernstige motorstoring op. In allerijl werd de Pelikaan toen startklaar gemaakt. Het lukte de bemanning onder gezagvoerder Iwan Smirnoff om de vlucht in een recordtijd te volbrengen.
Op 22 december 1933 kwam het vliegtuig in Batavia aan, en vier dagen later vertrok het voor de retourvlucht. Ondanks slecht weer werd de terugweg nog iets sneller afgelegd, en in de avond van 30 december 1933 landde de Pelikaan op een koud en mistig Schiphol. Door de mist waren er vier landingspogingen nodig. Er waren meer dan 20.000 bezoekers toegestroomd om de vierkoppige bemanning, bestaande uit Iwan Smirnoff, Piet Soer, C.H. van Beukering en J. Grosfeld te huldigen. De landing werd rechtstreeks op de radio verslagen door Jan Broeksz.
HET SCHIP

De Zr.Ms. Pelikaan is een ondersteuningsvaartuig van de Koninklijke Marine, te water gelaten in 2006. Het schip wordt in het Caraïbische gebied ingezet voor verschillende taken. De primaire taak is het transport van mariniers en militair materieel tussen de eilanden. Daarnaast verleent het schip ondersteuning aan de kustwacht in het Caraïbisch gebied en assisteert het bij natuurrampen.
​
Op 15 januari 2010 vertrok het schip vanaf Curaçao naar Haïti met 77 personen aan boord. Naast de vaste bemanning waren een team van het Korps Mariniers, een bootgroep en twee marechaussees ingescheept. Het schip bracht hulpgoederen ter assistentie in verband met de grote aardbeving aldaar. Op 7 september 2017 was het schip samen met Zr. Ms. Zeeland na Irma bij het eiland Sint Maarten.
De voorgangers van de Pelikaan waren in 1653 het schip van de Admiraliteit van Amsterdam, het directieschip “Gulden Pellicaen”, voorzien van 34 kanonnen. In 1658 werd dit schip veroverd door de Engelsen en omgedoopt tot de “Pelican Prize”. Hierna volgden een reeks van schepen waaronder een landingsvaartuig in 1922, een bevoorradingschip in 1948 en een ondersteuningsvaartuig in 1990 de huidige Pelikaan.
DE MOLEN

De Pellekaan is een oude stellingmolen en stond in Koog aan de Zaan. De molen werd gebouwd in 1638.
​
De molen was ook bekend onder de namen Pellecaan, Pellekaan of de Oude Pelmolen. De voorganger van deze molen was hoogst waarschijnlijk de eerste pelmolen in Nederland waarmee gerst tot gort werd gepeld. De molen werd gebouwd in of rond 1638. De bouw vond plaats in opdracht van de Zaandijker kooplieden Arian Pietersz. en Arian Gerritsz. van der Ley en de uit Duitsland afkomstige Sebastiaan Fols. Laatstgenoemde was een gevluchte mennoniet uit de Paltz, die daar om zijn geloof werd vervolgd. Het is aannemelijk dat deze Fols de techniek van het pellen van gerst meenam uit zijn geboorteland. De twee Zaandijker kooplieden zullen Fols financieel hebben gesteund bij het uitvoeren van zijn plannen.
In 1754 werd de Pelikaan verbouwd tot oliemolen. De Pelikaan werd in juli 1877 afgebroken en verplaatst naar het Friese Balk. Aldaar werd de molen ingericht als meelmolen en bleef hij tot 1898 in bedrijf onder de naam de Vlijt.
De foto is omstreeks 1870-1875 gemaakt.
Grote zegel Louisiana

Een opmerkelijke gelijkenis met de Pellikanen in onze familiewapens.
​
In 1902 gaf de gouverneur van Louisiana de eerste officiële beschrijving van het grote zegel. Het zegel draagt ​​hetzelfde ontwerp van een pelikaan als op de vlag, behalve dat hier het staatsmotto ‘Union, Justice, Confidence’ het tafereel omcirkelt in plaats van eronder te lopen. Dit zegel is in gebruik sinds ongeveer 1804.
​
Het zegel bestaat uit een heraldische lading van de "pelikaan in haar vroomheid", die een bruine pelikaan (de officiële staatsvogel) voorstelt die haar borst verwondt om haar jongen uit haar eigen bloed te voeden.
​
Op verschillende munten van de staat Louisiana staan ook pelikanen afgebeeld.
De Roode Pelikaan

De geschiedenis van Pelican Rouge begint in Antwerpen, halverwege de 19e eeuw, als Joseph van Leckwyck samen met zijn zoons een koffiebranderij start. Zij waren één van de eersten die naast het verhandelen van groene koffiebonen, ook gebrande koffie opnamen in het assortiment. Onder de merknaam ‘Roode Pelikaan’ werd koffie met een consistent brandprofiel en hoge kwaliteit toegankelijk voor iedere koffie liefhebber. In de jaren daarna groeit het merk Roode Pelikaan tot marktleider in België en vergaart een substantieel marktaandeel in Europa. In het belang van internationale herkenbaarheid wordt de merknaam verandert naar Pelican Rouge.
